Slecht weer

8 juni 2018 - Zuidlaren, Nederland

De wekker gaat. Het is 7 uur. Nog even lekker snoezen en 10 over 7 eruit. Vandaag ga ik extreem vroeg op pad. Als ik slaapdronken mijn tent uitkom, zie ik dat het zwaarbewolkt is. Het is ook koeler dan normaal. Misschien is dit wel de ideale fietstemperatuur. Nou ja, we zien wel. Eerst maar eens douchen.
Getver, ik ben gisteren vergeten een douchemuntje te halen. En nu is de receptie nog gesloten. Dat wordt dus een koude douche. Brrr, wat heb ik daar een hekel aan.
Achteraf denk ik dat het douchen wel een keertje had kunnen overslaan, want binnen een uur fietsen ben ik toch helemaal bezweet. Helaas vallen dit soort gedachtes mij in deze extreme vroegte niet te binnen dus niet veel later sta ik onder een ijskoude straal water. De huiveringen trekken via mijn rug naar de voorkant. Dit kan nooit goed voor me zijn, anders had mijn lichaam niet zo geprotesteerd. Ik schat in dat dit minstens een jaar van mijn leven kost.
Wat later heb ik op mijn stoeltje na alles ingepakt. De tassen zitten ook al op mijn fiets. Het campingwinkeltje moet inmiddels ook al open zijn. Ik haal de spullen voor mijn ontbijt en nog wat voor onderweg. Uiteindelijk vertrek ik om 10 voor half 11. Een fantastische verbetering van mijn persoonlijke record.

De etappe gaat vandaag van Porto Corallo naar Capitane (vlakbij Cagliari). Gisteren heb ik uitgebreid de kaart bestudeerd. De eerste camping ligt in Capitane. Dat is 75 kilometer hier vandaan. Ik bekijk deze etappe ook op mijn navigatie. Daarop kan ik kiezen uit de aanbevolen route, de gemakkelijkste route en de kortste route. De kortste route valt gelijk af. Dat is ongeveer een rechte lijn tussen vertrekpunt en het doel. Je krijgt dan slechte wegen en beklimmingen van de afschuwelijkste soort.
De aanbevolen route is altijd de mooiste, maar hier op Sardinië ben je dan absoluut niet van ondoenlijke beklimmingen verlost. Ik kies daarom voor de gemakkelijkste route. Als ik daaraan het hoogteprofiel bekijk, zie ik dat het evengoed geen makkie wordt.

Na een minuut of 10 fietsen gaat het omhoog. Een heel eind voor me zie ik twee fietsers. Die zie je hier trouwens niet zo gauw. Het lijkt erop dat ik ze ga inhalen. Dat is alvast een goed begin. Ik weet de cadans er goed in te houden en ga ondanks de stijging toch met een lekker tempo. Als ik de twee fietsers op ongeveer 100 meter heb genaderd, heb ik het idee dat ze steeds langzamer gaan. Nog tien meter en ik ga ze voorbij. Ze stoppen. Ze kunnen niet meer.
Als ik ze passeer groeten we elkaar. Dit zijn echt oude mensen op echte fietsen. Geen elektrische. Wat een helden. Ze hebben rode, bezwete hoofden. Ik neem mijn hoed diep voor ze af.

Mijn route gaat al snel door Villaputzu. Een druk stadje met veel verkeer en met stoplichten. Die had ik tot nog toe nog niet gezien.
Zodra ik het stadje uit ben, word ik door mijn navigatie de nieuwe autoweg opgestuurd. Dat gaat via allerlei rotondes. Als ik er eenmaal op fiets, is er geen weg meer terug. Gelukkig zie ik dat ik over een paar kilometers moet afslaan. Maar eerst word ik nog getrakteerd op een paar tunnels. Niet fijn.
Langs de weg is er nog een smal soort van pechstrook. In de tunnels ontbreekt dat. Getver. Hier heb ik een hekel aan. Nog voor de eerste tunnel schiet me te binnen dat ik achter op mijn helm een rood lichtje heb. Die kan ik laten branden of laten knipperen. Ik kies voor het laatste. Ook het achterlicht van mijn fiets zet ik aan. Je kunt namelijk maar beter gezien worden.

Na de tunnels verlaat ik de autoweg en kom op een schitterende route terecht. Er rijden hier niet zoveel auto’s en zeker niet zo hard als op de autoweg. Ik heb weer alle gelegenheid om te genieten van de omgeving.
Ineens zie ik een schildpad op de linkerhelft van de weg, vlak voor een bocht. Er komt mij ook een auto tegemoet. De chauffeur kijkt naar mijn opvallende fiets. Ik zie zijn linkerwiel bijna recht op de schildpad afgaan. Ik draai mijn hoofd af. Dit kan ik niet aanzien. Een tweede auto volgt.
Zodra de auto’s voorbij zijn kijk ik achterom. Gelukkig, de schildpad is er nog. Ongehavend zo te zien. Vlug zet ik mijn fiets op de standaard, ga snel naar de schildpad en zet hem veilig in de berm. Zo, die heeft dit avontuur overleefd. Als-ie nou maar niet opnieuw de weg op gaat.
Voldaan fiets ik verder en geniet nog meer van de omgeving.

Het begint te regenen. Ook de wind neemt behoorlijk toe. Nee hè, ik word opnieuw de autoweg op gestuurd. Weer eentje met tunnels. De weg stijgt pittig. Met de regen en felle windstoten is dit verre van prettig. Er kom verdorie geen eind aan. 
In Nederland is het ondenkbaar om met een fiets op zo een weg te rijden. Ik heb echter nergens een bord gezien waaruit zou blijken dat het hier niet mag. Ik word zelfs twee keer door een politiewagen gepasseerd. Ze laten me gewoon fietsen. Kennelijk mag het hier dus gewoon.

Na verloop van tijd trek ik het niet meer en ga ik lopen. Na ongeveer 20 minuten kom ik bij een tunnel van 2,6 kilometer lang. Verschrikkelijk. De weg is hier wel weer vlakker dus ik stap weer op de fiets en ga zo hard ik kan door de tunnel Met knipperend helmlicht. Maar wat is 2,6 kilometer dan een verschrikkelijk lang eind. Ik geef echter niet op. Ik probeer zelfs nog sneller te fietsen, want hoe korter in de tunnel des te kleiner de kans op een ongeval. Dit is echt niet leuk meer.
Nadat ik de tunnel door ben, fiets ik nog in een aardig tempo door. Ineens zie ik op mijn navigatie dat ik terug moet. Ik moet een afslag hebben gemist. Gek. Ik heb helemaal geen afslag gezien. Nog even doorrijden dan. Misschien wordt de route herberekend. Nee hoor. Hij blijft zeggen dat ik terug moet.
Er komt weer een tunnel aan. Dat wil ik echt niet meer. Ik besluit daarom toch maar om om te keren. En na 25 minuten kom ik bij een afslag naar rechts. Dat blijkt degene die ik moet hebben. Hè hè, ik kom eindelijk weer op een mooie landelijke weg. Hij loopt door een dal dat werkelijk een bloemenzee is. Prachtig. Het regent trouwens niet meer, maar het is nog steeds wat donker vanwege de zware bewolking. Daarom deze keer geen foto’s en film.

Ik bereik het laatste deel van deze etappe. Het is een echte kustweg die langs de bergwand loopt. Het is een op- en neergaande weg met hier en daar een haarspeldbocht. Het heeft hier veel weg van de Rivièra. Er staan prachtige huizen en de gemiddelde auto die je hier ziet is van de hogere prijsklasse.
Ik loop echt op het eind. Een aantal beklimmingen lukt me niet meer. Dat wordt zo af en toe weer lopen. Het allerlaatste stuk naar de camping is wel lekker vlak.
Als ik bij de camping aankom blijkt er voldoende plek te zijn. Ik verneem trouwens dat het regenachtige weer nog twee dagen aanhoudt. Ik besluit daarom zolang op deze camping in Capitana te blijven. Lekker lezen, de was weer doen en zo. En lekker uitrusten want de volgende etappe gaat echt het binnenland in.

11 Reacties

  1. Stephan:
    8 juni 2018
    Jeetje Fer, wat ben je toch een bikkel. Met gevaar voor eigen leven de tunnels van Sardinië verkennen. Ik neem mijn petje af! Fijn dat je veilig bent aangekomen op je voorkeurs camping en blijf vooral ff relaxen op deze plek. Wie weet wie je tegenkomt met jouw look en body.....
  2. Peter:
    8 juni 2018
    Dat was wel even doorbijten. Die tunnels vind ik maar niets. Wel iets om met een goed gevoel op terug te kijken. Top Fer!!
    Geniet van een paar dagen relaxen, boek, wijntje enz.
  3. Ferrij:
    8 juni 2018
    Dit was een moeilijkeetappe met de tunnels, ik hoop dat het nu goed overkomt
  4. Han:
    8 juni 2018
    Sorrie Fer ik probeer het nog een keer
  5. Peter Roele:
    8 juni 2018
    Mooi verhaal Fer ik weet dat je een dierenvriend bent dat is weer duidelijk.
    Rust nu maar een dag of twee uit voor de volgende etappe.
  6. Carla:
    9 juni 2018
    Wat goed van je dat je de schildpad hebt gered. Jammer van het buitje. Geniet van je rust en ik kijk uit naar je volgende verhaal.
  7. Cees en Ria Leereveld:
    9 juni 2018
    Hallo Fer, alleen het lezen over deze etappe is al vermoeiend, maar vooral spannend, niet alleen wat betreft de schildpad, maar natuurlijk de tunnels! Petje af Ferry en nu maar lekker genieten van je ‘vrije tijd’ !
  8. Peter Belgraver:
    9 juni 2018
    Zo te lezen ben je uitstekend geschikt om de stichting “Red de Sardijnse Schildpad’ op te richten.
  9. Ferry:
    9 juni 2018
    Strak plan Peet. Word jij dan voorzitter?
  10. Carola:
    10 juni 2018
    Jeetje Fer, die tunnels vind ik ook maar niks, doodeng zelfs. Kan je er niet er overheen klunen met je fiets op je rug of zo? 😉
  11. Hans van der Pijll:
    12 juni 2018
    Nou Ferry naast fietser ben je dus ook een dierenvriend!! Goed van je. En uuh na regen komt meestal weer zonneschijn!