Fietsen en wandelen 2016 - dag 30

21 augustus 2016 - Le Sincerneret, Frankrijk

Vandaag gaat het gebeuren. Het allerlaatste stuk van mijn fietsvakantie moet geslecht worden. Na mijn ontbijt van ravioli ga ik afwassen, douchen en inpakken. Gisteren heb ik een lijstje gemaakt van de spullen die ik onderweg mee moet nemen. Die spulletjes gaan in mijn stuurtas. Ook alle overige tassen gaan op mijn fiets en ik loop daarmee naar de ingang van de camping. Daar wordt geheel volgens afspraak mijn bagage opgehaald. Nog even de bidons vullen met fris water en ik kan op pad. Moet ik nog naar de wc? Ik weet het niet zeker, maar probeer het toch maar. Ik ben een beetje gespannen. Nog even een paar mensen op de camping gedag zeggen en gaan met de banaan.

Het is prachtig weer. Wel warm, maar toch ook weer niet te heet. Goed fietsweer dus. Ik verlaat de camping en ga linksaf richting de D907. Het begint gelijk met licht klimwerk. Op de D907 ga ik linksaf om na ongeveer 200 meter rechtsaf een smalle bergweg in te gaan. Het start hier gelijk met 7%. Na de eerste haarspeld wordt het heftiger. Ik moet nu natuurlijk nog koude beenspieren hebben. Het valt me echter op dat ik daar geen last van heb. Dat is in ieder geval alvast lekker meegenomen.

Hoewel ik een klein verzet gebruik, zit ik in no time al aardig hoog. Het slingerweggetje waarop ik rij staat helemaal volgekalkt met namen van Tour de France-deelnemers. Iedere kilometer staat er een bord met informatie over de Col de la Ramaz waarop ik nu rij. Op die borden staat hoeveel kilometer nog naar de top moet worden gereden, de hoogte en het gemiddelde stijgingspercentage van de komende kilometer. Ik lees dat ik nu nog 12 kilometer moet rijden voordat ik op de Route des Grandes Alpes kom. Met 8% is dat een behoorlijke kuitenbijter. Bovendien neemt het percentage gaandeweg toe. Toch lukt het me tot nu toe redelijk. Dat ik geen bagage bij me heb is heel goed te merken.

Er komt een personenbusje aan met een aantal jonge mannen er in. Het busje blijft een poosje naast me rijden terwijl de inzittenden me luid aanmoedigen. De bijrijder hangt tot halverwege zijn lichaam uit het raam. Al gauw geeft het busje gas en rijdt toeterend bij me weg. Ik denk dat ik nog vijf minuten met een smile van oor tot oor op mijn fiets heb gezeten. Even later word ik ingehaald door een wielrenner. Ook hij moedigt me aan. Als hij me voorbij is zit-ie bijna omgekeerd op zijn fiets om zijn aanmoedigingen kracht bij te zetten. Hij zal het ook wel een beetje gek vinden, denk ik. Als er hier al fietsers zijn, dan zitten ze op een racefiets. War dat betreft is mijn fiets met extra dikke banden wel een bezienswaardigheid. Daarbij komt ook nog eens dat ik niet de jongste ben. Die combinatie zie je niet zo gauw op dit soort trajecten. 

Het fietsen gaat me nog steeds goed af. Ik ga zelfs proberen om het tempo wat te verhogen. Het is evengoed nog geen topsnelheid, maar ik ben best wel tevreden met de 10 kilometer per uur die ik momenteel haal. Onwillekeurig moet ik denken aan de eerste fietsdag van deze vakantie toen ik zo een moeite had met de Limburgse heuvels. Wat een verschil met nu.

Het stijgingspercentage zakt. Nu is het helemaal lekker fietsen. Het tempo stijgt met sprongen. Aan de verkeersborden zie ik dat ik over 150 meter bij de Route des Grandes Alpes kom. Nu moet ik voorzichtig worden, want daar is veel autoverkeer. Ik moet linksaf. Gelukkig komen er juist als ik op het kruispunt kom geen auto's aan. Ik kan daarom lekker doorrijden. Al snel zit ik met mijn fiets tussen de auto's. Het is niet goed, maar ik laat me er behoorlijk door opjagen. Eigenlijk fiets ik harder dan goed voor me is. De weg gaat bovendien weer steiler worden en ik kan nergens stoppen. Aan de linkerkant van de weg is een loodrechte bergwand en aan de rechterkant is er een doorlopend muurtje tot kniehoogte. De afgrond daarachter is niet zo waanzinnig diep als ik eerder heb meegemaakt, maar diep genoeg voor een langdurig verblijf in het ziekenhuis. Dan moet je wel geluk hebben. Ik wil zo snel mogelijk dit stuk weg kunnen verlaten. Ik probeer daarom het tempo zo hoog mogelijk te houden. Ik laat me niet kennen. Zeker niet op mijn laatste etappe. Zonder te vertragen haal ik het bergweggetje waar ik rechts in moet. Er is direct een vlak stukje waar ik weer op adem kan komen en waar ik op mijn gemak water kan drinken. Er gaat bijna een hele bidon in. Trek in eten heb ik niet. Daar ben ik inmiddels te moe voor. Maar tot hier heb ik het alvast gehaald zonder een stukje te hebben gelopen. Nu volgt misschien wel het stijlste stuk van mijn fietsreis. Het is een stuk weg met tien haarspelden.

Ik ben weer op adem. Het is inmiddels een stuk warmer dan tijdens het vertrek vandaag en voorzover ik de weg kan overzien is er weinig schaduw. Voor alle zekerheid neem ik nog een slok water. Ik ga weer verder. Het wordt al snel erg stijl. Toch doortrappen, op zijn minst tot de eerste haarspeldbocht. Het lukt me. Ondertussen trek ik uit alle macht aan mijn stuur. Mijn handen tintelen ervan. Door naar de tweede haarspeld. Het gaat steeds moeizamer, maar ik kan niet stoppen want dan kom ik nooit meer op gang. Terugschakelen gaat trouwens ook niet meer, want ik rij al in het kleinste verzet. Er zit dus niets anders op dan door te trappen alsof mijn leven er van afhangt. Ik wil verdomme het eindpunt fietsend bereiken. Maar op deze manier ga ik dat niet volhouden ben ik bang. Het zweet gutst over mijn lichaam. Ik krijg het ook in mijn rechteroog. Het bijt als de pest. Ik kan mijn oog niet open houden. Mijn stuur kan ik ook niet even loslaten om in mijn oog te wrijven. Ik moet namelijk beide handen aan het stuur houden om er hard aan te blijven trekken. Ik arriveer bij de tweede bocht. De weg gaat onveranderd steil omhoog. Nu doorhalen naar de derde bocht. Ik trap me het snot voor de ogen. De derde bocht weet ik maar net te bereiken. Het had geen tien meter verder moeten liggen. Tot mijn geluk ligt er een vlak stukje in deze bocht. Ik stop, pak een papieren zakdoekje en wrijf mijn oog schoon. Daarbij sta ik te hijgen alsof ik ieder moment kan omvallen. Daar zit ik waarschijnlijk niet ver naast, want ik word ook een beetje duizelig. Het verdwijnt gelukkig snel. Overigens is het bijzonder prettig dat ik weer met twee ogen kan kijken.

Ik neem weer wat te drinken, schud mijn beenspieren een beetje los en ga weer verder. Nog voor ik de volgende bocht bereik, adem ik door een zo wijd mogelijk opengesperde mond. Het kwijl loopt langs mijn kin. Volhouden mietje, zeg ik tegen mezelf. Mijn benen beginnen zeer te doen. Ga door, je bent er bijna, denk ik schreeuwend. Na de zoveelste haarspeldbocht wordt de weg vlakker. Ik blijf echter op hetzelfde kleine verzet doorfietsen zodat ik niet teveel kracht meer hoef te zetten. Zo kan ik dan tijdens het fietsen herstellen. Dat is mijn plan. En ja, het werkt. Na de volgende haarspeldbocht wordt het toch weer zwaarder. Gelukkig heb ik de puf om door te trekken. Na de tiende haarspeldbocht volgt het allerlaatste stukje weg. Het is redelijk recht met een paar flauwe bochtjes en een klein bultje erin. Dit is goed te fietsen. Zodra ik over het bultje kom zie ik het huis waar ik tot 26 augustus blijf logeren.  Dat betekent dat ik ben aangekomen in Le Sincerneret. Het is hier 1366 meter hoog. Met dit nieuwe persoonlijke record zit mijn fietsreis erop. Terwijl ik over mijn stuur hang zeg ik: Hè klojo, je hebt het toch maar mooi geflikt. 

13 Reacties

  1. Hans van der Pijll:
    22 augustus 2016
    Ferry respect man je hebt het geflikt!! Chapeau!!
  2. Peter-Roy:
    22 augustus 2016
    Olympisch goud is nog niet goed genoeg voor deze klasse prestatie!
    Goed gedaan voor een klojo
  3. Nancy:
    22 augustus 2016
    Jeetje Ferry geflikt jongen je verdient c op zijn minst een gouden plak TOP!xxx
  4. Michiel:
    22 augustus 2016
    Geweldig, weinigen doen dat jou na! Ik niet, in ieder geval :)
  5. Alida Schulken:
    22 augustus 2016
    Nou Ferry gefeliciteerd hoor dat is een knap stukje werk wat je geleverd heb we zijn allemaal trots op je je kan wel een boek schrijven
  6. Stephan:
    22 augustus 2016
    Je hebt het zeker geflikt man! Maar niet stoppen met schrijven hoor! Lekker doorgaan en geniet van de komende week!!
  7. Hans Verkerk:
    22 augustus 2016
    Wat een topper. Groot respect Ferry. Nu lekker genieten hoor !!
  8. Peter:
    22 augustus 2016
    Wanneer is de huldiging? Klasse Fer!
  9. Carla:
    22 augustus 2016
    grandioos fer een pacht werk verzet topper nu nog even de wandelingen doen
  10. Carola:
    22 augustus 2016
    KLASSE FER! Ik maak bij deze een heeeele diepe buiging voor je! Je mag met recht trots zijn op jezelf!xx
  11. Theo:
    22 augustus 2016
    Geweldig van je dat je het laatste stuk ook fietsend hebt veroverd!
    Wat een spannende aflevering was dit. Je schrijft het zo dat je alles voor je ziet en brengt er de spanning in die me laat meevoelen hoe je je tot het uiterste hebt gegeven om de to te bereiken. Lekker om te lezen!!
    Ik ben blij voor je dat je het doel van de reis zo moedig en sportief, zowel lichamelijk als in de geest, hebt bereikt. Je bent een bijzondere en fantastische ervaring rijker en kan trots zijn op jezelf.
    Natuurlijk zijn alle lezers van je blog ook trots op je. We genieten met je mee!
    Rust heerlijk uit! Op afstand proost ik op je en met je mee.
    Theo
  12. Klaas Lelie:
    26 augustus 2016
    Wat een beleving Ferry. Een jongensboek vol spanning is uit. Hulde voor je inspanningen. Wellicht een bordesscene bij de koning als huldiging. Ben benieuwd naar je gouden plak.
    En nu maar lekker ontspannen in de mooie omgeving van Le Sincerneret, wandelen en verder genieten van bergen en uitzichten en sparren. Doe de buren de groeten.
    Zie uit naar je verdere belevenissen.
  13. Rob:
    2 oktober 2016
    Mooi Ferry, Wat een prestatie. Respect ! !